Telkens Tayyip Erdogan in een toespraak de woorden 'broeders' of 'broedervolk' in de mond neemt, zou ik iedereen die zichzelf niet tot de soenni-islam rekent en geen Turks nationalist is aanraden de aardappelen te gaan schillen.
Want vanaf dat moment richt de premier zich tot niet langer tot iedereen. Erdogan is niet de premier van alle Turken, dat blijkt uit alles wat hij doet.
Zelfs binnen het raamwerk van soenni islam en Turk nationalisme heeft hij zijn voorkeuren. Dat is trouwens het grootste verwijt dat je Erdogan kan maken: dat hij denken volgens sectaire lijnen introduceert in de Turkse politiek.
Keer op keer zien we voorbeelden van de cynische manier waarop Erdogan religie gebruikt. Ik herinner me de krokodillentranen van de premier die zo ontroerd was bij het horen van een gedicht geschreven door de vader van een jonge Moslimbroeder-supporter die door het Egyptische leger om het leven was gebracht. Tranen met tuiten huilde de premier bij een gedicht, dat zoals verwacht flirtte met het voorrecht om gestorven te mogen zijn voor het geloof. Uiteraard kwam in het gedicht ook het woord 'vijand' voor. Zonder dat concept kunnen bepaalde mensen blijkbaar geen zin geven aan het leven, laat staan aan de dood.
Bij de overval op het shoppingcentrum in Nairobi (Kenya) kwam een jonge vrouw van Turkse afkomst om. Elif Yavuz, geboren en getogen in Nederland, was met haar Australische vriend in Kenya actief in ontwikkelingswerk. Elif was zwanger van haar eerste kind. Ongetrouwd, zwanger van een gavur (geuzennaam voor een niet-moslim), humanist, charitatief werk zonder religieuze connecties. Daarmee valt ze helemaal buiten het wereldbeeld van de premier, en ik durf dan ook betwijfelen of hij voor haar een traan zal laten op televisie. Dat ze werd vermoord door terroristen die beweren te staan voor de ware islam zullen we maar even buiten beschouwing laten. Het is zo al verwarrend genoeg.
Hoe anders was het met Furkan, (foto) de Amerikaanse staatsburger van Turkse afkomst die in 2010 bij de bestorming van het Marmara Mavi-schip om het leven kwam in schermutselingen met Israëlische commando's. Dat werd een 'sehit' - een martelaar -, en de regering Erdogan spaarde kosten noch moeite om gerechtigheid voor hem te vinden.
Met het wegtoveren van de imam van de Dolmabahçe-moskee lijkt nu ook een eind gekomen te zijn aan vervolgverhaal waarin de autoriteiten vruchteloos op zoek gingen naar een zondebok. Ik heb groot respect voor de man. Maandenlang werd hij onder druk gezet om te bekennen dat de Gezi-activisten die in juni bij rellen toevlucht zochten in zijn moskee bier hadden gedronken. De imam is dat altijd blijven ontkennen. Zelfs een man van het geloof, zoals hij zichzelf omschreef, is niet veilig voor de cynische spelletjes van de regering Erdogan.
Hoe zou het trouwens zijn met de jonge vrouw met hoofddoek en haar baby die diezelfde avond in juni door de Gezi-activisten aangevallen zou geweest zijn? Die is blijkbaar spoorloos verdwenen, net zoals de camerabeelden die de aanval moesten aantonen.
Voor normen en waarden moet je echt niet aankloppen bij de regering Erdogan. Voor twee maten en gewichten ben je er wel aan het juiste adres. Zelfs hun eigen godsdienst is niet veilig voor hun kuiperijen.
10 jaar in Turkije
woensdag 25 september 2013
donderdag 19 september 2013
Turkije is in goede handen
Een cartoon, gepubliceerd door de landelijke krant Sabah, gisteren... Een tafereeltje dat een taakverdeling moet voorstellen tussen jongelui die een straatprotest voorbereiden:
'Jij gaat met stenen gooien, jij een molotof cocktail, jij gaat een barricade opwerpen, jij gaat dood.'
Het figuurtje rechts in de rij draagt een groen t-shirt met een vredesteken, en roept daarmee het beeld op van Ali Ismail Korkmaz.
Ali werd in juni nadat hij deelgenomen had aan protesten tegen de regering in Eskisehir doodgetrapt / -geslagen door een aantal burgers die zich van wapens hadden voorzien, en die vergezeld waren van minstens 1 lid van de lokale politie. De beelden van de aanval op Ali ziet u hier. (niet voor gevoelige kijkers).
Voor Ali's broer is het duidelijk: 'De cartoonist tekende mijn broer!' Van de cartoonist is de naam volstrekt onbelangrijk. Het enige dat u ervan moet onthouden, is dat hij getrouwd is met een parlementslid van de AK-partij.
Neen, Turkije is in goede handen.
'Jij gaat met stenen gooien, jij een molotof cocktail, jij gaat een barricade opwerpen, jij gaat dood.'
Het figuurtje rechts in de rij draagt een groen t-shirt met een vredesteken, en roept daarmee het beeld op van Ali Ismail Korkmaz.
Ali werd in juni nadat hij deelgenomen had aan protesten tegen de regering in Eskisehir doodgetrapt / -geslagen door een aantal burgers die zich van wapens hadden voorzien, en die vergezeld waren van minstens 1 lid van de lokale politie. De beelden van de aanval op Ali ziet u hier. (niet voor gevoelige kijkers).
Voor Ali's broer is het duidelijk: 'De cartoonist tekende mijn broer!' Van de cartoonist is de naam volstrekt onbelangrijk. Het enige dat u ervan moet onthouden, is dat hij getrouwd is met een parlementslid van de AK-partij.
Neen, Turkije is in goede handen.
maandag 16 september 2013
'Mama, ben ik een barbaar?'
(stuk gepubliceerd op www.deredactie.be, dd. 16/10/2013)
Sinds de massale
straatprotesten in juni tegen de regering Erdogan is het nooit echt rustig
geworden in Turkije. Ook de tweejaarlijkse Biennale van Istanbul, het grootste
kunstenfestival van het land, ontsnapt daar niet aan.
Het afgelopen weekend vond de opening van de 13de Biennale van Istanbul plaats tegen een achtergrond van clashes tussen de politie en betogers tegen het beleid van de regering Erdogan. De gasten van de kunsthappening moesten slalommen tussen kordons oproerpolitie, en proefden wellicht ook het traangas dat de inwoners van Istanbul de laatste maanden zo vaak te slikken kregen.
Het is duidelijk dat de Biennale inspiratie haalt uit het ongenoegen dat leeft in Turkije, maar net zo goed is de happening daarvan het slachtoffer. De autoriteiten verbanden de de kunstmanifestatie naar indoor venues, weg van de publieke ruimte die zo gecontesteerd wordt in Turkije. Maar de Biennale deed ook aan zelfcensuur. Curator Fulya Erdemci nam de beslissing tot een tactische terugtrekking van straten en pleinen uit vrees voor nieuw geweld. Dat is pijnlijk, want de straatprotesten zijn net een aanklacht tegen een neo-liberaal beleid dat de openbare ruimte en stadscentra overdraagt aan speculanten en grootkapitaal, en dissidentie niet tolereert. De Turkse kunstenaarsscène was dan ook nauw betrokken bij de bezetting van het Gezi Park in Istanbul, wat in juni de aanleiding vormde tot landelijke protestacties.
De gevolgen van de gedwongen verhuis van de Biennale, weg van de straten, zijn groot. Het Nederlands Rietveld Landscape had een larger than life installatie bedacht voor een met sloop bedreigd cultureel centrum op het Taksimplein, maar moet het stellen met een maquette in een depot.
Andere deelnemers hebben daar minder problemen mee. Halil Altindere laat in een videoclip zigeunerjongeren rappen over de afbraak van hun wijk, en de daaruit volgende ontworteling van hun gemeenschap. Het is een welgemeende Fuck You! in de richting van de autoriteiten, inclusief een politieman die in elkaar geslagen en levend verband wordt.
Het afgelopen weekend vond de opening van de 13de Biennale van Istanbul plaats tegen een achtergrond van clashes tussen de politie en betogers tegen het beleid van de regering Erdogan. De gasten van de kunsthappening moesten slalommen tussen kordons oproerpolitie, en proefden wellicht ook het traangas dat de inwoners van Istanbul de laatste maanden zo vaak te slikken kregen.
Het is duidelijk dat de Biennale inspiratie haalt uit het ongenoegen dat leeft in Turkije, maar net zo goed is de happening daarvan het slachtoffer. De autoriteiten verbanden de de kunstmanifestatie naar indoor venues, weg van de publieke ruimte die zo gecontesteerd wordt in Turkije. Maar de Biennale deed ook aan zelfcensuur. Curator Fulya Erdemci nam de beslissing tot een tactische terugtrekking van straten en pleinen uit vrees voor nieuw geweld. Dat is pijnlijk, want de straatprotesten zijn net een aanklacht tegen een neo-liberaal beleid dat de openbare ruimte en stadscentra overdraagt aan speculanten en grootkapitaal, en dissidentie niet tolereert. De Turkse kunstenaarsscène was dan ook nauw betrokken bij de bezetting van het Gezi Park in Istanbul, wat in juni de aanleiding vormde tot landelijke protestacties.
De gevolgen van de gedwongen verhuis van de Biennale, weg van de straten, zijn groot. Het Nederlands Rietveld Landscape had een larger than life installatie bedacht voor een met sloop bedreigd cultureel centrum op het Taksimplein, maar moet het stellen met een maquette in een depot.
Andere deelnemers hebben daar minder problemen mee. Halil Altindere laat in een videoclip zigeunerjongeren rappen over de afbraak van hun wijk, en de daaruit volgende ontworteling van hun gemeenschap. Het is een welgemeende Fuck You! in de richting van de autoriteiten, inclusief een politieman die in elkaar geslagen en levend verband wordt.
In een
andere installatie worden kapitaal, macht, media en politiek geplot op een
kaart van Istanbul en gelinkt aan de gedwongen verhuis van de lokale bevolking,
wat duidelijk maakt dat de sociale afbraak gebeurt in opdracht van een relatief
kleine groep mensen. In een video-presentatie toont de Duitse kunstenaar Hito
Steyerl aan dat 1 van de sponsors van het festival ook belangen heeft in de
wapenindustrie.
De actualiteitswaarde van de 13de Biennale van Istanbul is meteen ook haar achillespees. De kritiek luidt dat ze zich heeft laten ringeloren. De straatprotesten in juni waren een onvoorstelbare uiting van creativiteit. Onder de moeilijkste, zelf levensbedreigende situaties, lieten de (voornamelijk jonge) Turken hun stem horen. Het bekendste voorbeeld daarvan was de ‘Standing man’ van een Turkse choreograaf, wiens act om urenlang zwijgend stil te staan wereldwijd navolging kreeg.
In de huidige omstandigheden in Turkije wordt stil staan, een gezamelijke maaltijd nuttigen of een boek lezen in een met afbraak bedreigd park beschouwd als een daad van protest. De Biennale 2013 is daarvan een flauw afkooksel. Het is kunst met een boodschap, maar wel in een doosje.
vrijdag 13 september 2013
Cem Küçük is een goede leerling
Er gaat werkelijk geen dag voorbij of buitenlandse journalisten komen in Turkije onder vuur te liggen. Dat is het resultaat van de aanhoudende propaganda van de regering, die beweert dat de sociale en economische problemen waar het land mee kampt heeft te wijten zijn aan een internationale samenzwering tegen Turkije.
Ik bespaar de lezer de lange lijst van actoren die achter dat complot zouden zitten, maar de kans is groot dat ook u in aanmerking komt.
Van een collega die aanwezig was op de AKP-meeting in Istanbul op 16 juni laatstleden hoorde ik dat de verdeling van de plaatsen in het mediapark daar verdacht veel weg had van een opsplitsing in pro & contra de regering. Een andere collega vertelde me dat ze koude rillingen kreeg toen Erdogan voor de mensenmassa het mediabedrijf waar zij voor werkt beschuldigde van desinformatie. Je zal er maar staan met je persbadge.
Vandaag doet de krant Yeni Safak er nog een schepje bovenop. In die krant schrijft Cem Küçük ondermeer het volgende: 'Niet alleen leerkrachten en academici maar ook journalisten eten uit de hand van (buitenlandse) inlichtingendiensten.' ... 'Sinds Gezi doen ze er alles aan om Turkije in een chaos te storten en de economie te saboteren.'
Küçük schrijft dat niet alleen personen binnen Turkije maar ook buitenlandse journalisten en vertegenwoordigers van buitenlandse media deel uitmaken van het complot.' In het stuk worden ook enkele journalisten met naam en toenaam genoemd, ook iets waar Erdogan hem al voorgedaan heeft. Het volledige stuk lees je hier.
De titel van het stuk is: 'Sommige journalisten zijn niet enkel journalisten.' Cem Küçük zal wel weten waarover hij spreekt. Zijn krant werd twee weken geleden even wereldberoemd door een totaal vervalst interview met de Amerikaanse professor / opiniemaker Noam Chomsky te publiceren.
Ik bespaar de lezer de lange lijst van actoren die achter dat complot zouden zitten, maar de kans is groot dat ook u in aanmerking komt.
Van een collega die aanwezig was op de AKP-meeting in Istanbul op 16 juni laatstleden hoorde ik dat de verdeling van de plaatsen in het mediapark daar verdacht veel weg had van een opsplitsing in pro & contra de regering. Een andere collega vertelde me dat ze koude rillingen kreeg toen Erdogan voor de mensenmassa het mediabedrijf waar zij voor werkt beschuldigde van desinformatie. Je zal er maar staan met je persbadge.
Vandaag doet de krant Yeni Safak er nog een schepje bovenop. In die krant schrijft Cem Küçük ondermeer het volgende: 'Niet alleen leerkrachten en academici maar ook journalisten eten uit de hand van (buitenlandse) inlichtingendiensten.' ... 'Sinds Gezi doen ze er alles aan om Turkije in een chaos te storten en de economie te saboteren.'
Küçük schrijft dat niet alleen personen binnen Turkije maar ook buitenlandse journalisten en vertegenwoordigers van buitenlandse media deel uitmaken van het complot.' In het stuk worden ook enkele journalisten met naam en toenaam genoemd, ook iets waar Erdogan hem al voorgedaan heeft. Het volledige stuk lees je hier.
De titel van het stuk is: 'Sommige journalisten zijn niet enkel journalisten.' Cem Küçük zal wel weten waarover hij spreekt. Zijn krant werd twee weken geleden even wereldberoemd door een totaal vervalst interview met de Amerikaanse professor / opiniemaker Noam Chomsky te publiceren.
dinsdag 10 september 2013
De hekel is wederzijds
Iemand schreef deze week op mijn Facebook dat 'de meeste van mijn
vrienden erg anti-Erdogan lijken te zijn.' Klopt volledig, en dat is wederzijds.
Ik kan met de hand op het hart zeggen dat dit de verdienste is van Erdogan zelf. Een aantal van mijn vrienden gaven Erdogan het voordeel van de twijfel toen de AK-partij in eerste jaren van haar bewind hervormingen doorvoerde die de Turkse democratie nodig had.
Ondertussen weten we dat de wetten die gestemd worden in Turkije niet altijd geïmplementeerd worden, maar feit is de AKP toen leek te gaan doen wat eigenlijk een Turkse sociaal-democratische partij hoort te doen. Maar dit land heeft geen sociaal-democratische partij. De CHP komt niet eens in de buurt. De kemalisten hadden net zo'n autoritaire manier van regeren als de AK-partij nu.
Vandaag heeft de AKP het liberale segment van de samenleving gedumpt, wegens 'niet meer nodig'. Dat zijn niet mijn woorden, maar van AKP-functionarissen zelf.
Ondertussen zijn diezelfde vrienden en hun kinderen door de premier en diens entourage al voldoende omschreven als terrorist, hooligan, krapuul, landverraders en goddelozen om vast te stellen dat de bruggen opgeblazen zijn. En zoals ik gisteren al schreef in mijn blog doet de regering er niets aan om de gemoederen te bedaren. Integendeel.
Schrijver Ahmet Ümit in de krant Radikal maandag: 'Die opsplitsing van de Turkse samenleving doet misschien wel verkiezingen winnen, maar op lange termijn verlies je.' Het volledige interview lees je hier.
Erdogan is misschien wel een goed politicus omdat hij verkiezingen wint, maar dat maakt hem nog geen goed staatsman.
Ik kan met de hand op het hart zeggen dat dit de verdienste is van Erdogan zelf. Een aantal van mijn vrienden gaven Erdogan het voordeel van de twijfel toen de AK-partij in eerste jaren van haar bewind hervormingen doorvoerde die de Turkse democratie nodig had.
Ondertussen weten we dat de wetten die gestemd worden in Turkije niet altijd geïmplementeerd worden, maar feit is de AKP toen leek te gaan doen wat eigenlijk een Turkse sociaal-democratische partij hoort te doen. Maar dit land heeft geen sociaal-democratische partij. De CHP komt niet eens in de buurt. De kemalisten hadden net zo'n autoritaire manier van regeren als de AK-partij nu.
Vandaag heeft de AKP het liberale segment van de samenleving gedumpt, wegens 'niet meer nodig'. Dat zijn niet mijn woorden, maar van AKP-functionarissen zelf.
Ondertussen zijn diezelfde vrienden en hun kinderen door de premier en diens entourage al voldoende omschreven als terrorist, hooligan, krapuul, landverraders en goddelozen om vast te stellen dat de bruggen opgeblazen zijn. En zoals ik gisteren al schreef in mijn blog doet de regering er niets aan om de gemoederen te bedaren. Integendeel.
Schrijver Ahmet Ümit in de krant Radikal maandag: 'Die opsplitsing van de Turkse samenleving doet misschien wel verkiezingen winnen, maar op lange termijn verlies je.' Het volledige interview lees je hier.
Erdogan is misschien wel een goed politicus omdat hij verkiezingen wint, maar dat maakt hem nog geen goed staatsman.
Randschade
Drie maanden heeft de Turkse regering de tijd gehad om lessen te trekken uit de straatprotesten van juni. Het enige wat ze gedaan heeft, is een heksenjacht ingezet, en een nieuwe bestelling traangas geplaatst. Oh ja, en dan zijn er nog enkele fantasten die bevordering kregen, omdat ze de premier voeren met van de pot gerukte samenzweringstheorieën. Zij beleven drukke tijden, ook nu weer met het mislopen van de Olympische Spelen.
De gevolgen zijn er naar. De zomer is nog maar net voorbij, of met Ahmet Atakan (22) wordt al de eerste dode begraven. Hij stierf maandagavond in schermutselingen met de politie in de stad Hatay. Het onderzoek naar zijn dood is nog niet afgerond, maar de versie van de gouverneur - dat Ahmet omkwam na een val van op grote hoogte - lijkt niet te stroken met het autopsierapport. De zoveelste keer al dat er slecht gecommuniceerd wordt na straatrellen, zelfs over de dood heen.
Merkwaardig dat de Turkse autoriteiten zo snel en duidelijk stelling nemen als het gaat over incidenten die zich in Syrië en Egypte afspelen, maar als het over de eigen burgers gaat, daalt er steevast een mist neer.
Niemand heeft de voorbije 3 maanden verantwoordelijkheid genomen voor de aanpak van Gezi, toch een onvoorstelbare miskleun, en de randschade die voor Turkije niet te overzien was / is. Niemand die ontslag nam. Enkele zelfmoorden van politieagenten, dat wel.
De droeve conclusie na de zomer is dat de Turkse autoriteiten maar geen antwoord vinden op het reële ongenoegen dat leeft op straat. Meer zelfs, hun aanpak creërt nieuwe conflictsituaties. Alsof ze de confrontaties zoeken.
Turkije is een conflictmodel, en de burgers zijn niet meer dan randschade. Dat geldt voor Ahmet Atakan, maar net zo goed voor de politieagenten die uit het leven stapten.
zaterdag 7 september 2013
Istanbul 2020: natuurlijk niet.
Iedereen die me een beetje kent, weet dat ik een groot sportliefhebber ben, én actief, én passief. Bovendien werk ik in Turkije als co-commentator voor Eurosport, en als UEFA-correspondent. Logisch dus dat ik in mijn vriendenkring in Istanbul veel sportminded mensen ken.
Toch moet ik vaststellen dat zij, stuk voor stuk, een zucht van opluchting slaken nu duidelijk is dat Istanbul de Spelen van 2020 niet toegewezen krijgt. Istanbul wilde de Spelen uiteindelijk om de verkeerde redenen. En eerlijk is eerlijk: ze gunden het Erdogan niet.
Wat mij betreft diskwalificeerde Tayyip Erdogan zich vorig jaar al. Toen de Turkse sporters die deelnamen aan de Olympische Spelen in Londen na een week nog met lege handen stonden, deed hij een uitspraak die hem niet alleen ten voeten uit typeerde, maar ook aangaf dat hij van de Olympische geest geen kaas gegeten heeft. Volgens Erdogan moesten er maar atleten geïmporteerd worden uit de Turkse republieken (in Centraal-Azië) als zou blijken dat er in eigen land onvoldoende talent aanwezig was. Als ik voorzitter van de Turkse delegatie zou geweest zijn, had ik meteen ontslag genomen, en zou ik wraak genomen hebben door aan te kaak te stellen onder welke erbarmelijke omstandigheden de Turkse sporters zich moeten voorbereiden om zich te meten met de beste atleten ter wereld.
Sportief succes importeer je niet, en dat forceer je ook niet door een dopingcultuur te tolereren waarin zelfs minderjarige sporters vals spelen. Japan heeft nog nooit een Olympische atleet gehad die op dopinggebruik betrapt werd. Zou dat ook geen rol gespeeld kunnen hebben?
Sportief succes, mijnheer Erdogan, is een kwestie van een sportbeleid. Dat is speuren naar talent, dat talent begeleiden, zorgen dat het met de juiste mensen omringd wordt. Voor een sportbeleid moet je investeren in infrastructuur, niet alleen in glimmende stadions maar in sportfaciliteiten voor iedereen. Welke scholen in Turkije, behalve de peperdure privé-scholen, hebben een sportzaal? Hoeveel jongens en meisjes die van de sportacademie in Edirne afstuderen kunnen uiteindelijk hun droom waarmaken, en sportleraar worden? Hoeveel publieke zwembaden zijn er in Turkije? En hoe liggen die erbij? Is dat niet eerder een aandachtspunt dan prestigieuze bouwwerken neerzetten? En is gescheiden zwembaden voor mannen en vrouwen beloven zoals in Rize echt de manier om het Turkse volk aan het sporten te krijgen? Waarom dan ook geen gescheiden Olympische Spelen organiseren?
En dan zijn er de zure reacties, voor de microfoons en op sociale media, nadat Istanbul de Spelen misliep. Ook die zeggen veel over de manier waarop de Turkse regering (niet de Turkse sportwereld) de kandidatuur voor de Spelen benaderde.
- Erdogan; 'Jammer dat de Spelen toegekend werden aan een land dat de organisatie al eerder mocht doen.'
- Suat Kiliç (Minister van Sport), deed na afloop van de stemming welgeteld 2 Tweets. Geen felicitaties voor Tokyo, wel hatelijke opmerkingen aan de tegenstanders van de Spelen in Istanbul.
- Egemen Bagis, minister voor EU-zaken haalt een klassieker boven, en spreekt in een tweet van 'vooroordelen'.
- Melih Göçek, burgemeester van Ankara, tweet dat het verlies toegeschreven moet worden aan de Gezi-activisten, die hij als landverraders omschrijft.
- de krant Yeni Safak wijdt het verlies aan het persbureau Reuters; lees hier hoe ze beweren dat Reuters in de uren voor de stemming er alles aan gedaan zou hebben om Istanbul te discrediteren door foto's van Turks politiegeweld rond te sturen
- de krant Aksam: 'Het krapuul verheugt zich' (lees hier)
Wie niet tegen zijn verlies kan, hoort niet in de sport thuis.
Toch moet ik vaststellen dat zij, stuk voor stuk, een zucht van opluchting slaken nu duidelijk is dat Istanbul de Spelen van 2020 niet toegewezen krijgt. Istanbul wilde de Spelen uiteindelijk om de verkeerde redenen. En eerlijk is eerlijk: ze gunden het Erdogan niet.
Wat mij betreft diskwalificeerde Tayyip Erdogan zich vorig jaar al. Toen de Turkse sporters die deelnamen aan de Olympische Spelen in Londen na een week nog met lege handen stonden, deed hij een uitspraak die hem niet alleen ten voeten uit typeerde, maar ook aangaf dat hij van de Olympische geest geen kaas gegeten heeft. Volgens Erdogan moesten er maar atleten geïmporteerd worden uit de Turkse republieken (in Centraal-Azië) als zou blijken dat er in eigen land onvoldoende talent aanwezig was. Als ik voorzitter van de Turkse delegatie zou geweest zijn, had ik meteen ontslag genomen, en zou ik wraak genomen hebben door aan te kaak te stellen onder welke erbarmelijke omstandigheden de Turkse sporters zich moeten voorbereiden om zich te meten met de beste atleten ter wereld.
Sportief succes importeer je niet, en dat forceer je ook niet door een dopingcultuur te tolereren waarin zelfs minderjarige sporters vals spelen. Japan heeft nog nooit een Olympische atleet gehad die op dopinggebruik betrapt werd. Zou dat ook geen rol gespeeld kunnen hebben?
Sportief succes, mijnheer Erdogan, is een kwestie van een sportbeleid. Dat is speuren naar talent, dat talent begeleiden, zorgen dat het met de juiste mensen omringd wordt. Voor een sportbeleid moet je investeren in infrastructuur, niet alleen in glimmende stadions maar in sportfaciliteiten voor iedereen. Welke scholen in Turkije, behalve de peperdure privé-scholen, hebben een sportzaal? Hoeveel jongens en meisjes die van de sportacademie in Edirne afstuderen kunnen uiteindelijk hun droom waarmaken, en sportleraar worden? Hoeveel publieke zwembaden zijn er in Turkije? En hoe liggen die erbij? Is dat niet eerder een aandachtspunt dan prestigieuze bouwwerken neerzetten? En is gescheiden zwembaden voor mannen en vrouwen beloven zoals in Rize echt de manier om het Turkse volk aan het sporten te krijgen? Waarom dan ook geen gescheiden Olympische Spelen organiseren?
En dan zijn er de zure reacties, voor de microfoons en op sociale media, nadat Istanbul de Spelen misliep. Ook die zeggen veel over de manier waarop de Turkse regering (niet de Turkse sportwereld) de kandidatuur voor de Spelen benaderde.
- Erdogan; 'Jammer dat de Spelen toegekend werden aan een land dat de organisatie al eerder mocht doen.'
- Suat Kiliç (Minister van Sport), deed na afloop van de stemming welgeteld 2 Tweets. Geen felicitaties voor Tokyo, wel hatelijke opmerkingen aan de tegenstanders van de Spelen in Istanbul.
- Egemen Bagis, minister voor EU-zaken haalt een klassieker boven, en spreekt in een tweet van 'vooroordelen'.
- Melih Göçek, burgemeester van Ankara, tweet dat het verlies toegeschreven moet worden aan de Gezi-activisten, die hij als landverraders omschrijft.
- de krant Yeni Safak wijdt het verlies aan het persbureau Reuters; lees hier hoe ze beweren dat Reuters in de uren voor de stemming er alles aan gedaan zou hebben om Istanbul te discrediteren door foto's van Turks politiegeweld rond te sturen
- de krant Aksam: 'Het krapuul verheugt zich' (lees hier)
Wie niet tegen zijn verlies kan, hoort niet in de sport thuis.
Abonneren op:
Posts (Atom)