donderdag 31 mei 2012

Just another day in paradise

Enkele gebeurtenissen van de afgelopen 24 uur in Turkije:


- paniek in de rangen van vrouwenorganisaties, woede bij het liberale segment van de Turkse samenleving over het gebrek aan overleg rond het wetsvoorstel dat abortus zal verbieden.
- datzelfde parlement stemde gisteren een wet die maakt dat de werknemers van Turkish Airlines geen stakingsrecht meer hebben.
- enkele tientallen werknemers van Turkish Airlines die eerder deze week aan protestacties tegen het geplande wetsvoorstel deelnamen kregen via SMS te horen dat ze ontslagen werden.
- in Yalova stierf een jongeman als gevolg van overmatig gebruik door de politie van pepperspray. Joost Lagendijk in zijn column in Today's Zaman: '... de Turkse politie gebruikt pepperspray alsof het een soort van nieuw deodorant is.'
- tegen 103 advocaten die werken op de K.C.K.-zaak (waarvoor meer dan 2.000 Koerdische activisten in de gevangenis zitten) wordt een onderzoek geopend.
- columnist Ali Akel, columnist sinds 16 jaar bij de krant Yeni Safak, wordt ontslagen na het schrijven van  een kritisch stuk over premier Erdogan.
- R.T.Ü.K, een raad die toezicht op radio- en TV-uitzendingen in Turkije, zet de makers van de soap '1 Kadin, 1 erkek' onder druk om een samenwonend koppel dat in de serie een belangrijke rol inneemt, zo snel mogelijk in het huwelijk te laten treden. 
- de premier kondigt de bouw aan van een grote moskee (15.000 vierkante meter) op een heuvel op de Aziatische oever van de Bosphorus. Erdogan: 'De moskee moet van overal in Istanbul zichtbaar zijn!' *
- mijn vriend Luc verbaast zich omdat hij in Istanbul 15 lira (6,5 euro) moet betalen voor een zeer matig glaasje wijn. Luc werkt in de financiële sector in Genève en is dus wel wat gewend qua prijzen als hij een terrasje doet. De ober moest hem uitleggen dat dit het resultaat is van een steeds hogere taxering van alcoholische dranken.
- de regering maakt bekend dat er vanaf nu een mechanisme in werking treedt dat sigaretten en alcoholische dranken elke 6 maanden automatisch hoger zal belasten.


Dat laatste is natuurlijk een voorbeeld uit de privé-sfeer, maar het ziet er naar uit dat die in het Turkije onder de AK-partij steeds belangrijker zal worden.


* Als ik dit soort opmerkingen hoor, vraag ik me af hoe vaak Istanbul nog veroverd moet worden.













maandag 28 mei 2012

Het verbale hooliganisme van Tayip Erdogan

Met de Türk Telekom Arena koos Tayip Erdogan afgelopen weekend een goed decor voor zijn verbale hooliganisme. De akoestiek van zo'n stadion is perfect voor beledigingen en scheldpartijen. De mindset van de premier trouwens ook.

Zijn woordgebruik was shockerend, de beelden die hij opriep gevaarlijk, de verbanden die hij legde getuigden van een fundamenteel wantrouwen diep geworteld in zijn karakter. Het gemak waarmee hij vijanden aanduidt, samenzweringen suggereert, uitspraken doet over zaken die behoren tot het privé-domein zijn ronduit beangstigend.

In de hoge aantallen keizersnedes in zijn land zag de premier een complot om de bevolkingsgroei van Turkije af te remmen.* Abortus vergeleek hij met een bombardement van de Turkse luchtmacht in Uludere enkele maanden geleden waarbij 34 burgers, aanzien als PKK-militanten, om het leven kwamen: 'Elke abortus in een Uludere!'. De oppositie noemde hij necrofielen: 'Ze hebben lijken nodig om hun politiek op te voeren.'

Nog merkwaardiger is dat de 50.000 mensen aanwezig in het stadion daarvoor voor applaudiseerden. Ze klapten in de handen omdat ze een gratis bustrip, een broodje en een vlaggetje kregen, en omdat ze genoten van de man op het podium die op hun echtgenoot, vader of broer lijkt, maar dan zonder hun minderwaardigheidscomplexen.

Enkele tientallen mensen op de eerste rijen applaudiseerden niet. Ze twitterden. Ze twitteren  elke dag hun bewondering voor de leider en hopen dat ze nog lang in zijn schaduw mogen vegeteren, of wie weet zelfs ooit in zijn voetstappen treden.



* U mag de zin tweemaal lezen, of driemaal. Dit is écht wat de premier zei.






Ekümenopolis meets megalomanie (2)


Het antwoord of Istanbul geschikt is om de Olympische Spelen 2020 te organiseren, zou wel eens vanuit de hoek van Moeder Natuur kunnen komen. Van een aardbeving bijvoorbeeld. 

The Big One komt eraan, misschien binnen 5 minuten, misschien binnen 5 dagen, misschien binnen 5 jaar, maar volgens seismologen zeker voor 2030. De schade die de beving volgens hen zal veroorzaken zal Istanbul, en met haar heel Turkije, 10 jaar terugwerpen in de tijd. 

Wat dat zou betekenen? Terug naar af, de economische groei die Turkije de voorbije 10 jaar genoteerd heeft zou in 1 klap uitgeveegd worden. De Turkse economie heeft Istanbul nodig zoals een polsstokspringer zijn polsstok.   

Het tragische is dat Turkije het afgelopen decennium van groeicijfers amper gebruikt heeft om te anticiperen op de ramp die eraan komt. Verloren tijd, verloren geld, verloren hoop die zullen resulteren in verloren levens.

Als inwoner van Istanbul kreeg ik de afgelopen 10 jaar welgeteld 1 briefing in verband met het aardbevingsgevaar (wat te doen, wat niet te doen, preventie). Die briefing was afkomstig van het Belgische consulaat. 

zaterdag 26 mei 2012

Turkije is een adolescent

In zijn  nieuwe boek 'Turkey - What everybody needs to know'  verbaast Andrew Finkel zich over het feit dat veel Turken de republiek nog als jong omschrijven. De Turkse republiek werd gesticht in 1923 en is daarmee een stuk ouder dan een heel wat Europese democratieën, inclusief Duitsland en het hele voormalige Oostblok.

Finkel omschrijft Turkije als een adolescent:
'The truth is that Turkey has lost its youthful blush. It is a the very least adolescent. And, like an adolescent, it bristles to be taken seriously. It complains when it is not understood. It criticizes those it once regarded as it elders and betters for having made such a mess of the world. And while it pays lip-service to the counsel of others, it believes that it knows best. At the same time it has the irritating tendency to blame others when things go wrong. It reserves the right to be fractious and rebellious, but at the same time it seeks approval and wants to be patted on the back.'

Andrew Finkel is een senior correspondent, woont er werkt sinds 25 jaar als correspondent in Istanbul. Zijn boek werd uitgegeven bij Oxford University Press.

vrijdag 25 mei 2012

Ekümenopolis meets megalomanie (1)



Als ik burgemeester Kadir Topbas op de televisie hoor verkondigen dat de organisatie van de Olympische Spelen in Istanbul niet voor extra verkeersoverlast zal zorgen, dan weet ik niet of ik moet lachen of huilen.  Zulke uitspraken zijn een belediging voor zijn ambt, en nog veel meer voor de inwoners van de stad.

De burgervader moet dringend eens gaan kijken naar Ekümenopolis, een documentaire over het monster dat de agglomeratie Istanbul geworden is. In de documentaire wordt haarfijn uitgelegd dat de stad haar economische, sociale en ecologische limieten al lang overschreden heeft. Hier de trailer Ekümenopolis van de film.

In de jaren '80 waren stadsplanners het er over eens dat de regio waarin de stad gevestigd is, max. plaats kon bieden aan 5 miljoen inwoners. 30 jaar later zijn dat er 15 miljoen.

Maar dat zal de burgemeester en ook ex-burgemeester Tayip Erdogan een zorg zijn. De stad is er tenslotte  niet voor de mensen die er wonen, net zomin de staat Turkije er is voor haar burgers. Het is net andersom.

Ik doe een greep uit de projecten die Tayip Erdogan o.a. in zijn verkiezingscampagne 2011 voor Istanbul beloofde:
- een derde brug over de Bosphorus
- een derde luchthaven
- twee satellietsteden op resp. de Europese - en Aziatische oever (elk goed voor 1 miljoen inwoners)
- een nieuw financieel centrum (Turkse centrale bank wordt verplaatst vanuit Ankara)
- Kanal Istanbul: een nieuwe waterweg parallel aan de Bosphorus (tussen Zwarte Zee en Zee van Marmara), afgewerkt tegen 2023
- de organisatie van het Europees Kampioenschap Voetbal in 2020
- de Olympische Spelen van 2020

Geen enkele van die projecten staat op de meest recente versie van het masterplan Istanbul die door stedebouwkundigen opgesteld en de politici goedgekeurd werden. De kans is dus groot dat ze allemaal gerealiseerd zullen worden.




donderdag 24 mei 2012

Het Olympische motto, Turkse versie (deel 2)


Zoals te verwachten was, overleefde Istanbul de eerste stemronde van het Internationale Olympische Committee en blijft de stad in de running voor de organisatie van de Spelen in 2020. 

Ik weet dat een Olympische kandidatuur een verhaal is van kip of ei. Een land kan inderdaad de organisatie van de Olympische Spelen gebruiken als hefboom voor het promoten van sport. Maar dan wel sport voor iedereen, en sport om te beoefenen, niet om naar te kijken. En daar knelt het Turkse schoentje. 

De hele dag al loop ik mijn geheugen te pijnigen, maar ik kan me echt niet herinneren in Turkije ooit een atletiekpiste gezien te hebben die vrij toegankelijk is voor mensen die een rondje willen lopen. Zeker niet in Istanbul, waar elke morzel grond ten prooi valt aan speculatie. 

Ook buiten Istanbul is het plaatje pover. Het aantal publieke sportcomplexen dat ik de afgelopen 10 jaar tijdens mijn reizen door Turkije kan ik op de vingers van 1 hand tellen. De overgrote meerderheid daarvan bevindt zich op privé-terreinen, zoals op de kampus van een universiteit, of behoort tot een fitnessclub waarvan het inschrijvingsgeld buiten bereik ligt van de meeste mensen. Publieke zwembaden? Ook dat zijn er niet meer dan een handjevol. 

Scholen met sportinfrastructuur zijn die van het soort waarvoor de ouders jaarlijks 15.000 euro moeten ophoesten. Nu de regering het mes heeft gezet in het militaristische karakter van publieke feestdagen, ziet het er naar uit dat de Turkse schoolkinderen minder dan ooit zullen bewegen. Vroeger kon je ze nog wel eens zien over de speelplaats zien marcheren.

En dan is er nog de culturele drempel. Sport op het openbare terrein in Turkije bestaat voor 90% uit faciliteiten die aangelegd werden voor gebruik door mannen. Natuurlijk zijn er de recent aangelegde gymparkjes waar je wel eens vrouwen op de toestellen aan het werk ziet. Zou het toeval zijn dat de kledij van de dames daar niet meteen aangepast is aan sportbeoefening? Of hoe een lange regenjas en hoofddoek bescherming kunnen bieden tegen onaangename mannelijke belangstelling.

Als de Olympische Spelen die culturele drempel kan  helpen slijten, then I'm all for it.






woensdag 23 mei 2012

Het Olympische motto, Turkse versie

Ik wil de Olympische gedachte even aanpassen aan de kandidatuur van Istanbul voor de organisatie van de Spelen in 2020: 'Bouwen is belangrijker dan winnen'. 

De stad mag dan al voor de 5de keer kandidaat zijn, maar de Spelen heeft ze nooit binnengehaald. Toch hebben die Olympische ambities de Turkse belastingbetaler al erg veel geld gekost. Haar kandidatuur voor de Spelen die uiteindelijk naar Beijing zouden gaan, zadelde de stad op met een Olympisch Stadion met 85.000 zitplaatsen. 17 keer per jaar speelt daar voetbalclub Istanbul Büyüksehir Belediyespor (I.B.B.) voor pakweg 1200 toeschouwers haar wedstrijden. Surrealistisch.

Het stadion is bovendien zo wanhopig slecht gelegen en zo onderhevig aan windvlagen dat zowel de teams van Galatasaray als Besiktas weigerden er wedstrijden te spelen toen aan hun resp. stadions verbouwingen plaats vonden. Bij speerwerpen daar vallen er gegarandeerd doden. 

Wedden dat ze het stadion neerhalen en alweer een nieuw neerpoten als ze de Spelen 2020 zouden toegewezen krijgen? Want het gaat bij deze kandidatuur niet om goud, zilver of brons, maar om beton.

Istanbul heeft het geluk dat de shortlist die het Olympische Committee dit jaar voor zich heeft liggen, bepaald zwak te noemen valt. Madrid kreunt onder een economische crisis, Tokyo bibbert nog na van de tsunami, Doha en Baku lijken meer kandidaat te zijn omdat ze te veel geld hebben.

En van hoogmoed gesproken: zowel de UEFA als het Internationale Olympische Committee lieten al verstaan dat de Turkse kandidatuur voor én de organisatie van de het Europese Kampioenschap én de Olympische Spelen in hetzelfde jaar van het goede teveel is.

Ik wens de UEFA en het O.I.C. veel geluk met hun taak om Tayip Erdogan daarvan te overtuigen. De mensen van kredietagentschap Standard & Poor's kunnen ongetwijfeld advies geven hoe dat aan te pakken.








woensdag 16 mei 2012

Georges Leekens en Tayip Erdogan

Wat hebben de ontslagnemende Belgische bondscoach Georges Leekens en Tayip Erdogan met elkaar gemeen? Ze maken allebei hun werk niet af.

De drie grote, baanbrekende projecten die de AK-partij sinds 2008 lanceerde, stierven een stille dood: de toenadering met Armenië, en de 'democratische openingen' naar de Alevi's en de Koerden.

En nu de nieuwe grondwet. Na de ruime verkiezingszege van de AK-partij in 2007 verkondigde Erdogan  dat Turkije een nieuwe grondwet zou krijgen, eentje die komaf zou maken met het op militaristische leest geschoeide document waarvoor de generaals in 1982 de pen hadden vast gehouden.

We zijn nu 5 jaar verder. Behalve enkele kleinere amendementen die de regering goed uitkwamen om de oppositie in een referendum (september 2010) nog meer te verdelen dan ze al is, bleef die belofte dode letter.

Net zo lang al zeg ik dat die grondwet er niet zal komen, toch niet een document worden een moderne, parlementaire democratie waardig. De Turkse politieke cultuur leidt zelf aan een chronisch democratisch deficit, waarbij een partij zich steevast ent op 1 sterke leidersfiguur die de zaken naar zijn hand zet. Partijen gaan in Turkije in de regel  overkop of imploderen zo gauw de leider om welke reden dan ook afhaakt.

Tayip Erdogan is de overtreffende trap van die leiderscultuur.

In die zin wat afgelopen zaterdag in de catacomben van het Fenerbahçe-stadion gebeurde, tekenend. De premier was niet aanwezig op de wedstrijd, maar werd wel opgebeld. Onder de tribunes was het chaos troef. De clubs, de officials, de politie, de aanwezige bobo's en de poetsvrouwen konden het met elkaar niet eens worden of het al dan niet opportuun was de trofee van landskampioen aan Galatarasay te overhandigen, in het kamp van de vijand Fenerbahçe. Een telefoontje met Erdogan bracht uitsluitsel: 'Doe maar, maar wél met de stadionlichten gedoofd.' (zie foto)

Hetzelfde met die grondwet. Werkgroepen komen en gaan, experten worden geraadpleegd, enquêtes gehouden, maar dat speelt zich allemaal af in de marge. De grote inzet is de wijziging van een parlementair - naar een presidentieel systeem. Hierdoor zou de 3-voudige premier kunnen doorschuiven naar het pluche van het presidentiële paleis.

Waar Erdogan zijn oude dag gaat doorbrengen, staat in de sterren geschreven. Die van Georges Leekens blijft voorlopig nog een mysterie.




zondag 13 mei 2012

Voetbal is oorlog

Enkele observaties na een avondje voetbal in Kadiköy.

Hooliganisme bestaat in verschillende landen, maar waar het fenomeen zich in de meeste landen beperkt tot groepjes jonge mannen die met rivaliserende fans op de vuist gaan, heeft de hooligan in Turkije verschillende gezichten.


Sommige hooligans nemen de gedaante aan van huisvader. Gisteren zag ik onder de tribune van het stadion een man uit de bol gaan  omdat hij zijn 12-jarige zoon niet gratis het stadion binnen kreeg. Op de terugweg hoorde ik een jonge vader aan zijn huilende zoontje (6 jaar, schatte ik) uitleggen dat ze de Galatasaray-vlag pas uit de auto zouden hangen als de serefsizler*  (lees: Fenerbahçe-fans) verdwenen zouden zijn. 

Er zijn in Turkije ook mensen die van hooliganisme hun beroep maken. Ze werken voor iemand met geld of macht, denken in het verkeer dat ze Knightrider zijn, hebben een oortje inzitten en menen dat dit hun het recht geeft om de mensen die in het Sükrü Saraçoglu-stadion de tickets controleren te kleineren, te provoceren.


Een Turkse collega noemde de politie die een uur voor de aftrap al aan het chargeren was 'hooligans'.

En er zijn de hooligans die eruit zien als verhuizers (zie foto**).

Er zijn hooligans die eruit zien als voorzitters van een voetbalclub. Enkele dagen geleden ging zo'n voorzitter na een wedstrijd een speler van de tegenpartij te lijf. Goed dat het gefilmd werd, dat komt zijn prestige bij zijn achterban ongetwijfeld ten goede.


Dan zijn er de hooligans in de politiek. Met uitzondering van de A.K.P. herinner ik me van alle Turkse partijen beelden gezien te hebben van congressen waarop militanten met elkaar op de vuist gingen.

'De vis stinkt bij de kop' zegt het spreekwoord, en ik heb begrepen dat dit ook in het Turks bestaat.


* letterlijke vertaling 'serefsizler': zij die zonder eer zijn.
** foto: ferry Kadiköy -Karaköy, man neemt zitjes uit de Fenerbahçe-stadion mee naar huis


donderdag 10 mei 2012

Figuranten in eigen land

Ik kan me wel terugvinden in het standpunt van de regering Erdogan dat publieke feestdagen in Turkije een andere aanpak verdienen. Ooit woonde ik in Bergama de vieringen op 19 mei bij, de Dag van de Jeugd en de Sport.

De Jeugd moest urenlang stram onder de zon stram in het gelid staan, af en toe een Noord-Koreaans choreografietje opvoeren en mocht als beloning rondje op de atletiekpiste marcheren. Voorop reed een jeep met daarin de lokale legerbevelhebber, en eenmaal voor de eretribune werd er massaal gesalueerd. Daar had De Jeugd de weken voordien dus al die lesuren voor opgeofferd.

Hetzelfde op 23 april, de Dag van de Nationale Souvereiniteit en van Het Kind. Ook daar is Het Kind meestal niet meer dan de figurant in een nationalistisch betoog. Ik zal wel nooit wennen aan kinderen die in soldatenuniformpjes op een podium gehesen worden, woorden in de mond nemen zoals 'vijand' en 'helden' en met namaakbloed besprenkeld worden om de overwinning op de vijand te evoceren.

Goed dat de regering dat even herbekijkt. Benieuwd wat er in de plaats zal komen.

Post voor de UEFA

Turkse voetballiefhebbers sturen ballenpost naar de UEFA (klik op deze tekst)..

woensdag 9 mei 2012

Een verloren generatie

Vandaag is het blijkbaar 'Europa Dag', en dat ben ik niet te weten gekomen via de klassieke media.

Het was op Facebook en op Twitter dat ik links en rechts boodschapjes zag verschijnen waarin de aandacht op de Europese feestdag gevestigd werd.

Ze waren afkomstig van mensen zoals Sezin, Özgül, Nigar, Berk, Aylin, Emre en Rana, prille dertigers die ik 10 jaar geleden in Istanbul leerde kennen als deel van een generatie young urban professionals die haar hoop geïnvesteerd had in de aansluiting van hun land bij de Europese Unie. De avond waarop Turkije officieel erkend werd als kandidaat-lidstaat dronken we samen een glas.

Destijds had ik daar een enorm goed gevoel bij. Als Sezin, Özgül, Nigar, Berk, Aylin, Emre en Rana de kansen zouden krijgen die ze verdienen, dan zag ik het goed in voor Turkije.

Anno 2012 noemt  Rana haar generatie 'een verloren generatie'. Zij en haar vrienden zagen Europa wegzinken in een lethargie, en Turkije onder Tayip Erdogan afdrijven in een richting die de hunne niet is.

Verschillende onder hen zien in hun toekomst ondertussen in het buitenland.

dinsdag 8 mei 2012

Hoogmoed komt voor de val

Het sleutelzinnetje in mijn stukje over het Turkse voetbal (zie gisteren) is natuurlijk dat Turkije op haar eentje niets klaar krijgt. Daar ben ik rotsvast van overtuigd.

Er lopen in Turkije tegenwoordig nogal wat mensen rond die schampere opmerkingen maken over de Europese Unie. Alsof de democratische hervormingen die Turkije het afgelopen decennium doorgevoerd heeft er ooit zouden gekomen zijn zonder het vooruitzicht op lidmaatschap van de Europese Unie.  Wie dat gelooft, maakt zichzelf iets wijs.

Tegenover het verwijt dat de EU niet uit 1 mond praat, kan Turkije alleen maar 89 jaar van autoritaire politieke cultuur stellen waarin de meerderheid de minderheid het zwijgen oplegt. Daar is anno 2012 nog altijd geen verandering in gekomen.

Hoogmoed komt voor de val.

maandag 7 mei 2012

Het lelijke voetbaleendje Turkije

Voetbal is in Turkije meer dan koning, het is een religie waar je geen vragen bij hoort te stellen, het is een hoer die verwacht dat je je geld bij haar achterlaat en een maffiabaas aan wie je vast zit voor de rest van je leven.

Sport is de spiegel van de maatschappij, stelde wijlen Jan Wauters. Als dat zo werkelijk zo is, dan ziet Turkije er niet al te best uit in de spiegel.

Het spannende verloop van de play-offs kan niet verbergen dat het Turkse voetbal zowel op sportief  als extra-sportief vlak terminaal ziek is.

De Turkse voetbalbond kreeg van de UEFA een jaar om een uitweg te vinden uit het omkoopschandaal dat in juni 2011 aan het licht kwam. Door het aan Ankara zelf over te laten, speelde de UEFA het spel correct, maar overschatte het de Turken grandioos. Je kan van een doodzieke patiënt niet verwachten dat hij zichzelf geneest, zeker niet als hij niet eens de symptomen van zijn ziekte erkent.

En zo wordt het omkoopschandaal theater zoals te verwachten en te voorzien was:
- enkele individuen zullen gestraft worden, de clubs zijn untouchable
- de feiten ten laste worden zo geformuleerd worden dat ze niets met competitievervalsing te maken hebben
- de UEFA zal die uitleg niet aanvaarden
- de UEFA zal het Turkse voetbal in haar geheel straffen
- de Turkse clubs, - voetbalbobo's, - media en - politici zullen verontwaardigd roepen dat 'Europa' met twee maten en gewichten werkt
- de Turkse publieke opinie zal dat verhaal geloven. Iedereen is immers tegen de Turken.

En met dat laatste is de cirkel rond. Als het voetbalschandaal één ding aantoont, dan is het dat Turkije op haar eentje niets klaar krijgt. Van een symbooldossier gesproken.